Als je kind er morgen niet meer is

8 september 2016
persoonlijk, verhaal, kind, kinderen, overlijden, overleden, dood, ziek, hersenvliesontsteking, griep, gevaarlijk, symptonen, dokter

Finn en Charlie zijn op school en ik ben aan het surfen over het internet, op zoek naar iets voor Lady Lemonade als ik op het verhaal stuit van Pim. Pim is overleden aan een hersenvliesontsteking toen hij nog net geen 11 jaar was. En zijn ouders schreven over de dagen voor en na zijn overlijden online een verslag. Ik weet al dat het geen leuk verhaal is met een happy end, maar ik word door de woorden gegrepen en het verhaal sleurt me mee. “Pim heeft overal pijn en tegen de 41ºC koorts. De dokter komt langs en zegt: ‘Ik kan er toch echt niets anders van maken dan een goeie griep’.”

Pim mag bij zijn moeder in bed slapen. De koorts is de volgende dag wat gezakt. Ik zie voor me hoe zijn moeder Pim nog eens lekker instopt onder een dekentje op de bank en hem voorleest uit zijn lievelingsboek. Want dat doe je als je kind griep heeft. Goed voor hem zorgen en hem extra veel liefde geven zodat hij snel weer beter is. Maar Pim wordt alleen maar zieker. “Hij zakt scheef weg en zijn ogen rollen opzij in zijn oogkassen”, schrijft zijn vader.  “We bellen verontrust terug naar de dokter. Enkele minuten later staat die al voor de deur. Dan gaat alles razendsnel. Pim wordt naar het ziekenhuis gebracht. Ik besef nu dat hij hersenvliesontsteking heeft, maar heb toch het gevoel dat hij daar in veilige handen is.”

Alarmbellen

Maar het is goed mis met zijn Pim. “Het eerste verontrustende teken doet zich voor na een kwartiertje, als er een neurologe binnenkomt om Pim te onderzoeken”, gaat het verhaal verder. “Ik hoor haar zeggen: ‘Nu moet ik je even pijn doen knul’. Maar ik zie bij Pim geen enkele reactie, hoe hard ze ook duwt met haar instrument. Geleidelijk aan verandert de in het begin nog redelijk rustig en vastberaden sfeer in de behandelruimte. Riet merkt op dat Pim zo raar ademt. ‘Ja, daar moeten we inderdaad wat aan doen’, is de reactie. En de neurologe roept over de microfoon om: ‘Wil het beademingsteam nu met spoed naar de EHBO komen?’ Dan zie ik het team veelbetekenende blikken uitwisselen. Later zal ik begrijpen dat de wat schokkerige beweging die Pim op dat moment met zijn arm maakt een eerste teken van een hersenbeschadiging is.”

Ik slik. Is de scheidslijn tussen een goeie griep en hersenvliesontsteking dan zo angstaanjagend dun? Pim wordt aan de beademing gelegd. Hij is in levensgevaar zegt de arts. Pim’s vader vervolgt: “Toch gaat het besef over wat levensgevaar betekent op dit moment nog niet verder dan dat ik me voorstel later aan anderen te zullen vertellen: ‘Dat het toen kantje boord geweest is met Pim’, ‘Goh, wat zijn we bang geweest die nacht’. Echt mis gaan, nee toch… Riet kust en streelt hem, zegt dingen als: ‘Kom op knul, zet hem op, vecht voor je leven!’ Vertelt hem hoeveel we van hem houden en dat we hem niet kunnen missen.”

Pim zal vandaag overlijden

Tranen lopen over mijn wangen. Een kind! Hun kind, hun Pim! Maar Pim is al ver weg. “De toestand van uw zoon is heel, heel slecht”, zegt de arts. Riet vraagt: ‘Hoe is het dan met zijn hersentjes’. Hij antwoordt: ‘In feite is hij hersendood. Pim zal vandaag overlijden’. Het is even stil. Ik buig voorover met mijn hoofd in mijn handen, en moet een paar keer snikken. Als Riet de vraag stelt waarom Pim vandaag moet overlijden, lijkt de dokter haar niet helemaal te begrijpen. Hij denkt dat ze ervoor pleit hem nog langer in leven te houden. ‘Dat is ethisch niet verantwoord’, begint hij te antwoorden. Riet onderbreekt hem, in tranen: ‘Maar je hebt het wel over mijn kind, mijn Pim!’.”

En dan wordt de grootste nachtmerrie van iedere ouder werkelijkheid voor deze vader en moeder. “Riet kruipt bij Pim in bed en neemt hem in haar armen. Ik ga er aan de andere kant bij liggen. Het is 20:15 uur als de arts voorzichtig de beademingsslang uit Pim zijn keel haalt en ons alleen laat. Direct houdt het ademen op. Alleen zijn hartje blijft dapper doorkloppen. ‘Ga maar mannetje, je mag van mama’, hoor ik Riet zeggen.”

En ik huil. Dan kijk ik op mijn horloge; is het al twaalf uur? Kan ik mijn kinderen al van school halen? Het liefst zou ik ze nu stevig vastpakken en knuffelen. Man, wat is het leven kwetsbaar. Wat als…? Het knijpt me de keel dicht. Ik word er misselijk van.

Pluk de dag

Brief aan de wintertijd
Ik ben een struisvogel

Dit vind je misschien ook leuk

2 Reacties

  • Reply Elvera 8 september 2016 at 8:27 am

    Wat dapper.. Wat mooi geschreven.. Tranen over mijn wangen.. Brok in mijn keel..

  • Reply Geraldine 8 september 2016 at 9:08 am

    Potverdorie wat heftig. Tranen druppelen in mijn koffie. Inderdaad pluk de dag!

  • Laat een reactie achter